vientiane

vientiane

vrijdag 31 juli 2015

Wat ging er door het hoofd van Francesco T…

Wat ging er door het hoofd van Francesco T…

Ons dorp kent een aantal collectors items. Maria is honderd en zo krom, gekrompen en gebocheld, dat haar neus bijna de grond raakt en haar arm een halve meter boven haar uitsteekt als ze aan haar wandelstok hangt. Ter compensatie draagt ze stevige Nikes, die een paar maten te groot ogen. Het viel nog niks niet mee om haar op het portret te krijgen: het duurde zeker een kwartier voordat ze het hermetisch gesloten deurtje open kreeg. Ze kon toch de sleutels niet vinden... Ondertussen bood ze me een paaseitje aan. Als er een mis is, wordt ze op zondag door een buurvrouw naar de kerk gebracht, en de zaterdagen ervoor haalt de kapster haar op. Want voor de mis moet je er goed uitzien. 

Tijdens diezelfde kerkdiensten is er steevast een ander klein mannetje. Hij is altijd te vroeg en voor de mis begint, is hij minstens vijf keer van plaats gewisseld, heeft ‘ie wat rondgescharreld en zich talloze malen omgebogen om te kijken wie er binnenkomt. Ik weet niet hoe hij heet en ik weet niet waar hij woont. Een paar jaar geleden kwam hij zwijgend bij mij op het bankje zitten toen ik in het dorp zat te tekenen. Iedere buitenstaander zal denken 'dat er iets met hem is'. Hém moet ik op de tekening; hij mag in mijn dierbare serie niet ontbreken.

Mijn zoektocht begint bij een aantal dorpelingen. Ik probeer hem na te doen, wijs op mijn neus, in de hoop dat ze zijn markante wipneus herkennen. Uiteindelijk valt bij iemand het kwartje. Het moet Francesco T. zijn! Het kost evengoed nog moeite om zijn huis te vinden. Casamaggiore is niet groot, maar er blijkt nog een onbekend achterommetje te zijn. Met mijn map met getekende dorpsgenoten bel ik bij hem aan, leg ik uit wat ik wil. Nee, hij blijft nee schudden. Ik baal ongelooflijk. Heb ik zoveel moeite gedaan... Zelfs mijn liefste lach werkt niet. Ik probeer te verzinnen wat hij nu denkt: overval gekke vrouw, aan de deur wordt niet gekocht, ik wil niet op de foto....

De volgende ochtend 8.25 uur -ik zit nog in mijn bikini na de ochtendzwem- gaat de deurbel. Francesco T. Hij heeft zich bedacht. Ik sta helemaal perplex. Wat is er tussen gisteravond 19.15 uur en vanochtend door zijn hoofd gegaan? Heeft hij de pastoor gebeld en gezegd dat er een enge vrouw op de stoep stond? Is hij door een dorpeling bijgepraat en gerustgesteld? Of heeft de heilige geest hem vannacht iets toegefluisterd? Dondert niet, een kwartier later ben ik bij hem. Voor je het weet, heeft hij zich misschien weer bedacht. 

Ik tref hem aan in een kraakhelder huis. De mop en emmer staan nog buiten, evenals een paar eetkamerstoelen. Van een duidelijke communicatie is geen sprake, maar ik ga er vanuit dat hij begrijpt wat de bedoeling is. Ervanuitgaande dat hij de tekeningen onthouden heeft. Hij gaat uiteindelijk in de deuropening staan, maar ik moet hem echt steeds met harde hand omdraaien. A dietro, van achteren. Hij kijkt om de paar seconden om, om te kijken of alles goed gaat. Ondertussen probeer ik het propere huis in me op te nemen. Dat valt niet mee als je in de gaten wordt gehouden. Wie bespiedt wie…  Het gaat allemaal te snel.

Als ik terugfiets, zie ik ineens al die lege, schoongemaakte Nutella-potjes-met-etiket  in de vitrinekast staan.

Gelukkig heb ik beloofd om hem de tekening te laten zien als ik klaar ben. Dan hoop ik op een spannend en inspirerend deel twee van de gedachtengang van deze mysterieuze man…

dinsdag 28 juli 2015

... dan ga ik de pastoor water geven

Mij overvalt een melange van verschillende emoties: trots, vereerd, nederig.

Het duurt even voordat hij zich weer heeft omgekleed, maar nadien gebaart hij dat ik bij het afsluiten van de kerk de sleutel mag houden, voorlopig. Niks geen ingewikkeld gedoe om ‘m ergens te halen. Hoewel de expositie pas over anderhalve week is, vertrouwt hij mij nu al de sleutel toe.

Terwijl Auke bijna zit te vloeken achter zijn laptop over wat er allemaal weer niet loopt in Laos, waag ik mezelf over een hoge drempel: ik bel de pastoor, om te vragen of ik ook van hem een portret mag maken. Ik leg uit dat (het waren een paar weken geleden zijn eigen woorden tijdens de dienst)  de kerk het centrale punt in het dorp en van en voor iedereen is, en dat een portret van de kerk en de pastoor echt in de serie thuishoort. Het valt stil aan de andere kant van de lijn en ik hoor dat hij positief verrast is. Hij bedankt me op voorhand en vindt het een heel bijzonder gebaar. We spreken af dat hij om 6 uur naar de kerk komt. Ik zit vanaf 5 uur op knipnagels, want ik wil er op tijd zijn. Om 5 minuten voor 6 lopen we naar de kerk, alwaar Don Piero net komt aanrijden. De enige stipte Italiaan tot nu toe.

Hij is in een grijs pak. Ik vraag of hij zijn jurken aan wil doen. Het omkleden duurt lang. Volgens Auke gaat dat ritueel. Terwijl we zitten te wachten op een van houten kerkbankjes, maakt de pastoor zich op voor de sessie. Ondertussen hebben we de lichtval gecheckt en weet Auke hoe hij Don Piero moet regisseren. Dat lukt allemaal. En een ieder die mij kent, begrijpt dat mijn vingers jeuken om dit bijzondere portret verder uit te werken.

Na ons avondeten zegt Auke: “Ik ga de planten en bomen even water geven” en ik antwoord: “Dan ga ik de pastoor water geven. Met verf”

En terwijl ik meer dan anders toegewijd zit te schilderen, bedenk ik me hoe rijk ik ben met die sleutel van de kerk. Het verschaft me de mogelijkheid om er af en toe even stiekem heen te gaan en te zingen. De akoestiek is geweldig! En aangezien de kerk nu voor iedereen is, ga ik daar een keer dankbaar gebruik van maken.


…wordt vervolgd! Zie onder het resultaat:


woensdag 22 juli 2015

De halve stad ligt plat

Een Duits echtpaar twijfelt tien minuten of het wel of niet plaatsneemt op het terras. Het personeel zit ondertussen met de menukaartren te wapperen. Duitse mevrouw laat- na een plekje te hebben gevonden- de pasgekochte onderbroek aan haar echtgenoot zien. Ja, je loopt hier niet voor niets met een kartonnen design-tasje van Intissimi... Ik kom net terug van de Farmacia. De roven lieten eergisteren spontaan los, en diverse mensen adviseerden mij littekenzalf te gaan smeren. De apotheker zegt echter dat dat onzin is. De heling ziet er goed uit. Hij had me zalf kunnen aansmeren, maar deed het niet. Forza Italia!

We zijn in Ancona. De stad die ik drie jaar geleden voor het eerst bezocht. Na een lange zomer in het vredige Casamaggiore, had ik eind augustus 2012 ineens schreeuwend behoefte aan de rauwheid van een havenstad. Pisgeurende steegjes, gekleurde anderheden, ranzigheid. Dat lukte, want ik struikelde een paar keer over een slapende straatzwerver en zocht mijn heil in een even ranzig cafe aan de haven. Ik proostte met gepensioneerde zeelieden van de wilde vaart. We dronken haastige biertjes en hadden het zeker een half uur over de temperatuur. Het was veel te warm voor de tijd van het jaar...De traditionele anker-tatoeages op hun bovenarmen deinden mee in het langzame ritme van het bierglazen heffen.

Ik verbleef destijds in een hotel met uitzicht over de haven. En dat is in Auke's herinnering gebleven, dus we boekten hotel Seeport voor ons korte uitstapje. Auke houdt van bootjes kijken en wil je echt even helemaal loskomen... Dan moet je hier zijn.

Vandaag is het zo niet nog heter dan die keer in augustus. In deze erbarmelijke hitte kampt Ancona nu met een extra probleem: de helft van de stad moet het doen zonder stroom. De meeste restaurants hebben hun deuren gesloten en waar ze open zijn, zitten de koks verveeld een sigaretje te roken op het terras en wuiven ze de de warmte weg met de menukaart. Wachtend op de stroom die vanavond echt niet gaat komen, schat ik zo in. 

Auke constateert ondertussen dat de temperatuur in Vienitane momenteel lager is dan in Italie... Dat is sneu, want hij valt van de regen in de drup, terwijl we smachten om hemelwater. Na 8 weken droog te hebben gestaan qua rose, vinden we in het correnteloze cenrum van Ancona een terras, waar ze rose verkopen. Let wel: na 4 pogingen. Twee terassen schonken het niet, de derde had wel een fles, maar vanwege geen stroom niet koud. We doen het nu met een halfkoude en een bucket ijsblokjes. Ondertussen verleidt Duitse mevrouw nog een keer met het tonen van de Intissimo-onderbroek. Auke zegt: ga maar even alleen naar die farmacia. Ik meld nadien verheugd dat die zalf niet nodig is.

Ik stel voor naar het ranzige kroegje aan de haven te gaan. Auke stemt in. Helaas treffen we daar  alleen blowende tieners aan. Waar zijn mijn getatoeeerde zeebonken?

Ons hotel heeft gelukkig een stroomgenerator. Op het dakterras genieten we van het vaarverkeer en alle lichtjes & lampjes. Auke merkt op dat een van de marineboten ineens is verdwenen. Hij heeft constant zitten kijen, dus deze zal onderwater zijn gedoken. Ik krabbel wat aan mijn wond en en we genieten van nog een roseetje.


zondag 12 juli 2015

de onderzetter

Hoe leuk, mijn broer en zijn gezin logeren hier een weekje!

Dat die kerel een uur nodig heeft om een onderzetter in vieren te delen”, zucht mijn broer als we weer terug naar huis lopen.

Ik had al aangekondigd: “Alles goed, maar ik moet zondag naar de kerk” Onderhandelingen in Italië zijn altijd ondoorzichtig en vaag, en ik heb nog steeds geen officieel  ‘fiat’ of ik de kerk op 8 augustus mag gebruiken voor een expo en concert in het kader van ons dorpsfeest. Vorig jaar heb ik Don Piero persoonlijk gebeld om toestemming te vragen, vandaag hoop ik met mijn aanwezigheid de goede witte voet te halen.

Mijn broer zegt: “Wij gaan mee. Niks mis mee om een keer een kato-dienst mee te maken”, evengoed voor de culturele opvoeding van mijn neefje en nichtje. Ik bereid mijn familie voor op onverstaanbaar gemurmel, staan, zitten, onverstaanbaar gemurmel, staan, zitten, en een herhaling van voorafgaand. De geluidsinstallatie in de kerk in namelijk niet optimaal.

Mijn schoonzus en nichtje piepen halverwege de mis er tussenuit. Ik begrijp het. Nichtje van bijna 12 verveelt zich stierlijk en heeft wel andere dingen aan haar hoofd. Mijn neef zit met zijn schetsboek op schoot en tekent het interieur van de kerk. Mijn broer frummelt onhandig aan zijn kruis, alwaar zich geen rol King-pepermunt bevindt. Wij zijn van de post-protestante generatie.

Onze aanwezigheid heeft effect: Don Piero meldt aan het eind van de dienst dat er een bijzonder project gaande is. Agnese portretteert de families in Casamaggiore en de kerk staat open voor iedereen. Voor muziek, kunst… Ok. Bij deze geregeld.

Mijn broer heeft echter wat vragen over de rituelen. Ik leg hem nadien uit dat die onderzetter een hostie is. Don Piero had wat staan  mengen met water en wijn in een –overigens zeer mooie- kelk. Mijn neef vroeg of ze geen vaatwasser in de kerk hadden, want de pastoor maakte  die kelk wel erg vaak schoon met een doekje. En mijn broer dacht dat dat witte ronde dingetje een onderzetter voor die wijnkelk was. Dat hij toch een uur nodig had om die onderzetter in vieren te delen en op de tong van vier mensen te leggen.


En zo hebben we allemaal weer iets geleerd vandaag.

voor eeuwig geschonden

In het ziekenhuis in Laos staat de staf te stuiteren bij het zien van de foto’s van mijn letsel. Voor dit soort operaties gaan de bemiddelde Laotianen naar Singapore; daar is een kliniek en daar zijn ze gespecialiseerd in aangezichtschendingen  van mijn niveau. Die vijf touwtjes in mijn voorhoofd… Ze gruwelen er van en reageren beschaamd richting Auke op een toon die lijkt op: het had haar beter hier kunnen overkomen dan in dat gekke Italië.

In dat gekke Italië lag ik vorige week onder een donkergroen operatiedoek. De heren doktoren houden in Ospedale Castiglione del Lago zichzelf op de been door steeds grapjes te maken. “Scheize”  “Schwans” hoorde ik, terwijl mijn gezichtsveld me werd ontnomen. Met gesmoorde stem kon ik uitbrengen: “Ich spreche auch Deutsch, hoor”. Ok.

Dokter vroeg of die meneer op de gang mijn man was. Ik leg hem uit dat het mijn buurman is, maar dat mijn man zich ook in het ziekenhuis bevindt. Maar dan in Laos. We hebben een aardige discussie over de verschillen in de zorg. Terwijl ik ben overgeleverd aan dat donkergroene operatiedoek, venijnige injecties in mijn voorhoofd en gepulk aan mijn megasnee, schakelen de doktoren over op grapjes van een iets lager niveau. Nou vooruit dan maar. Ik kan uiteindelijk dan ook niet veel meer dan me overgeleverd voelen aan deze heren.

Ik ben tegen tattoo’s maar in gedachten zie ik een prachtige olijftak op het litteken dat zich nooit op mijn voorhoofd zal gaan thuisvoelen. Een tatoeage in lichtgroene tinten (kan dat uberhaupt?) die de lijnen van de snede een mooie schwung geven, hier en daar een klein blaadje op de plek waar die  venijnige ‘punti’ worden genaaid.

Tsja, en dan loop je vervolgens een week met zo’n genadeloze lap op je voorhoofd. Tijdens de boodschappen ben ik allang vergeten dat ik voor schut loop, maar de loerende blikken herinneren me steeds aan die wond. En ja; natuurlijk kom je overal bekenden tegen en moet je uitleggen dat je op klaarlichte dag door een olijfboom bent aangevallen. De eerste dagen drukte het geronnen bloed door de opperhuid van de megapleister, mio dio. Het ziet er niet uit. En die constante hoofdpijn schijnt er bij te horen.

Iedere keer als ik met Auke Skype, schrikt hij van mijn hoofd. Hij moet binnenkort naar Singapore om met Philips te onderhandelen over diagnostische apparatuur voor het ziekenhuis.  Mochten de houtje-touwtjes van i dottori in ospedale alhier niet naar believen zijn uitgewerkt, kunnen we nog overwegen om het tripje naar Singapore uit te breiden met een cosmetische behandeling tegen woekerprijs.

Ik stel Auke gerust, want er zijn twee andere opties. Die gewenste tattoo in Umbrische olijfkleuren of gewoon een leuk kort kapseltje met een ponnie/pony (zo’n rechtgeknipt streepje haar op je voorhoofd) Hij mag kiezen. Hij komt donderdag. Dan mag hij kijken hoe erg het in werkelijkheid is.



maandag 6 juli 2015

Renzo e Rosella




Wat een mooi en bijzonder moment. 

Sommige verhaaltjes, die al heel lang nestjes in mijn brein breien, moet ik voor mezelf houden. 

Ik weet zeker dat Auke -als hij in Casamaggiore is- weer met Renzo gaat tafelvoetballen. Giocare!

Grazie R & R

zondag 5 juli 2015

Mario

Bij deze, zoals beloofd: Mario


Bijschrift:  ik heb hem een persoonlijk berichtje gestuurd.

Het is niet voor niets dat ik hem zo heb afgebeeld. Na jaren werkloos te zijn, heeft hij sinds kort een baan, maar alle omstandigheden zijn dusdanig belabberd dat ik me afvraag of hij er iets aan overhoudt. Vorig jaar wenste hij al vurig dat hij in Duitsland of Nederland aan de slag kon. Want de wil is er.

Hij loopt naar buiten, staat al met beide benen in een nieuwe wereld, als het aan hem ligt. En die ladder staat daar gewoon.

Ik zei: "Mario, die toevallige ladder is een symbool, die brengt je naar een nieuwe toekomst. En voor jou heb ik de lucht extra blauw geschilderd."

zaterdag 4 juli 2015

Nee, nee, niet opruimen!

“Dammi il mio pettine!” schreeuwt  Elena met schorre stem. Ze moet haar kam. Ik zeg: “Nee, nee, je haar zit goed!” maar daar wil  Elena niets van weten. Haar echtgenoot Ezio –die ik zojuist op straat overviel, terwijl hij zijn plastic boodschappentasjes uit de auto haalde- begint zonder woorden te rommelen in een lade. Daar komt een bijzonder groot exemplaar uit te voorschijn en rochelend, hoestend en zuchtend trekt Elena de klem uit haar dos. Vervolgens wordt er gekamd, maar wat mij betreft is het een actie, waarvan je zegt: zonde! Ik wil haar en haar haar zoals ze is. Vandaar die overval. Niks geen opsmuk.

In het kader van drie-keer-is-scheepsrecht, ben ik weer binnen bij dit markante stel. Het idee is vorig jaar al ontstaan, maar blijkbaar had het bij mij enige rijping nodig om het daadwerkelijk uit te voeren; het portretteren van de inwoners in mijn andere thuishaventje Casamaggiore. Uiteraard ga ik me niet wagen aan hun gezichten: veel interessanter is de gedachte om ze van achteren vast te leggen, kijkend naar buiten. Op die manier krijg ik de kans om bij iedereen binnen te komen. En daar gaat het project over: binnen en buiten.

De eerste keer dat ik bij Elena en Ezio aanbelde om te vragen of ik een foto van ze mocht maken, schreeuwde ze me toe dat het totalmente impossibile was. Hoe ik het in mijn hoofd haalde om haar zomaar onaangekondigd te confronteren, ze was immers aan het schoonmaken en ze zag er niet uit. Ik dacht juist: dit is net het goede moment. Met die heerlijke mollige armen drukte ze me op een stoel en we rookten samen een sigaret. Maar een foto, nee. Geen sprake van.

Toen ik een week later Ezio weer zijn courgetjes zag uitladen, waagde ik een tweede poging. Nee, Elena lag in bed.

Ondertussen was ik al bij velen binnen geweest om een mooie en bijzondere plek in huis uit te zoeken waar de abitanti geportretteerd wilden worden. Emilia had de tamtam al gehoord en toen ze me met mijn map zag in het dorp zag schuiven, deed ze wijselijk alsof ze niet thuis was. Toen ik een paar dagen later weer aanbelde, gingen de luiken boven krakend open. Haar kleine, lachende koppie kwam tevoorschijn. Natuurlijk wist ze waarover het ging, maar voor ik mijn vraag kon stellen, riep ze dat het huis niet aan kant was. Tsja, leg dan maar eens uit dat het daar niet om gaat. Oftewel: hoe meer momentopname, hoe beter.  “…un'altra volta?“ vraag ik voorzichtig. Ze knikt, maar intuïtief weet ik dat er geen volgende keer komt.

Bij mijn naaste buren, die ik blijkbaar ook overviel, moest eerst de keukentafel helemaal opgeruimd. Ik heb aangedrongen om de inmaakpotjes, deksels en schillen van de juist geprepareerde salade te laten staan en liggen. Mooi niet.

De overbuurman van de kerk –ik kreeg tijdens de kerkdienst van hem een hartelijke hand- fronst als ik bij hem aanbel. De winst van dit bezoekje is, dat ik er ben achtergekomen dat hij dus toch wel een vrouw heeft. Nog nooit gezien. Haar ogen schieten vol vuur als ik hun keuken betreed. Ik lees op haar gezicht: wie mag dat nou dan wel niet zijn dat je haar zomaar binnenlaat. Buurman sust en uit zijn woorden maak ik op dat hij haar probeert uit te leggen dat ik geen zwartgekleurde colporteur met sokken en papieren zakdoekjes ben. Alsof die in mijn tekenmap passen. Maar de kunstenaar van het witte huis. Het verlies van dit bezoekje is dat het feest niet doorgaat. Ik open mijn map en laat de gemaakte voorbeelden van de dorpsgenoten zien. Jaja, buurman herkent ze allemaal en hij lijkt onder indruk. De enscenering in de keuken staat in de startblokken om geportretteerd te worden, maar vrouw is heel beslist: hier doen ze niet aan mee. Buurman laat zijn schouders hangen. Drammend als ik kan zijn, vraag ik of ik hem dan alleen mag tekenen. Hij kijkt naar zijn vrouw en schudt zijn hoofd, een beetje aangeslagen.

Mario*  begrijpt het helemaal. Hij wil wat dingen op het balkon opruimen, omdat deze misschien storen in het beeld. Als ik zeg: laat gewoon staan, antwoordt hij: “Ja, dat is ook zo, je wilt het moment. De mensen en het moment zoals ze zijn”. Grazie, Mario! En grazie aan al die andere lieve Casamaggioranen bij wie ik binnenkwam en bijzondere en intieme momenten beleefde. Hieronder de impressies.


*Mario heb ik nog niet getekend, staat op mijn agenda voor morgen.












donderdag 2 juli 2015

Bierstimuleermeisje deel 2 annex afkoelen

Ik ben ondertussen ook senior, maar met mij heeft niemand medelijden.” Auke refereert aan de hitte-alarmen in Nederland en de smeltende spoorbielzen. Hij overleeft het al weken in Vientiane met een gemiddelde temperatuur van 40+. Dat het in Italië momenteel ook al dagen 35 graden is, staat niet in vergelijking met wat er in Nederland allemaal gebeurt.

Tijd om even af te koelen! We hebben elkaar sinds een aantal dagen weer uitgebreid kunnen spreken. Gisteren lag het internet in Vientiane er uit en eergisteren waren we op prime time allebei niet online. Quality time!

Auke heeft een belangrijke aanvulling op het verhaal over het bierstimuleermeisje van 3 april. Ja, je moet wat, als je senior bent en het in 40+ graden moet overleven… Als je in je eentje een hapje gaat eten, krijgt je waarneming het zwaar te verduren. En ik begrijp dat zijn denk-ontwikkel-begrijp-processen in het ziekenhuis even terugkomen, wanneer hij tijdens het wachten op het eten weer zo’n bierstimuleermeisje tegenkomt.

Ze paste nog net in het pakje” zegt Auke.

Tijdens ons skype-gesprek weidt hij zeker 20 minuten uit over zijn bevindingen aangaande de inzet van bierstimuleermeisjes in de plaatselijke restaurants. Het concept is listig en bedacht door Beerlao:
-        -  aantrekkelijk meisje in klein pakje loopt rond op terras van restaurant,
-         - zet vervolgens klein extra biertafeltje naast tafel van bierbestellende klant
-         - klant kan nét niet bij dat tafeltje als hij/zij zijn/haar bier wil bijschenken
-         - dus bierstimuleermeisje is hard nodig!
(let wel: als je in Laos een biertje bestelt, is dat een fles van 0,66 liter!)
-         - en:  met temperaturen van 40+ is zo’n biertje snel afgekoeld
-       -   dus heeft Beerlao het volgende bedacht:  IJS!
Terwijl bierstimuleermeisje ieder eigen initiatief van bijschenken smoort, worden de lege flessen wel erg snel ingewisseld voor nieuwe.

Als je een biertje bestelt bij een restaurant dat bierstimuleermeisjes heeft rondlopen, weet je dat je voor de ijsblokjes de helft van het biertje betaalt. Dit heeft Auke uitgerekend. De plaatselijke bediening is helemaal niet blij met die uitzendkrachtjes van Beerlao, maar ze moeten het er mee doen. Stond waarschijnlijk in het contract waar je met geen wurg onderuitkomt, schat Auke in. En uiteraard serveert de plaatselijke bediening veel liever zelf dat biertje aan vaste klanten, zoals Auke veel liever dat biertje bestelt bij de dochter van de eigenaar, die daar in de avonduren bedient. Maar bierstimuleermeisje is overal de plaatselijke bediening heel listig voor. 

Dus die ijsblokjes van half-de-prijs-een-bier  stellen de  het imperium Beerlao in staat die leuke bierstimuleermeisjes in te zetten en te betalen…  Heeft Auke ontdekt na een snelle rekensom.

Als Auke zijn betoog eindigt, vraag ik: “En ben je nu een beetje afgekoeld?” Uiteraard, dankzij die ijsblokjes. Ik geef hem nog mee, dat er in Laos dus toch wel creatief ondernemen bestaat. Ja, dat heeft hij ondertussen in het ziekenhuis ook ontdekt. Aan creativiteit geen gebrek.  Iedereen verzint van alles, alleen wordt het nog niet zo goed gedeeld. Auke zegt dat hij zijn hoofd vooral koel moet houden om alles in goede banen te leiden in het ziekenhuis. Maar hij proeft begrip en vooruitgang. Dus er worden steeds weer kleine stappen gemaakt.


Ik heb nog een hele avond voor de boeg, maar Auke gaat slapen in de –gelukkig!- airgeconditioneerde slaapkamer in Vientiane. Cooling down, dear! Buona notte.