Ik vraag Auke of hij het gek vindt als ik het opschrijf. Hij
antwoordt: integendeel.
Vandaag 1 juni zijn we officieel uitgeschreven uit Zuidplas,
is Auke druk in de weer met de laatste voorbereidingen voor zijn definitieve vertrek
eind deze week naar Laos, heb ik in Italië een succesvolle opening van een
bijzondere expositie achter de rug.
Vandaag 1 juni haalde Auke een aangetekende brief, die hij
zaterdag wegens afwezigheid miste. Hij was er al vroeg bij, vanwege een druk
programma vandaag. Nog vroeger haalde je de poste restante op het postkantoor.
Hij moest echter naar het ‘Oude Dorp’ zoals de historische kern van Nieuwerkerk
aan den IJssel wordt genoemd, om de enveloppe bij de sigarettenbalie van de
supermarkt in handen te krijgen. Waarschijnlijk
zijn laatste ritje naar het Oude Dorp. Het logo op de enveloppe schudde hem genadeloos wakker.
Uiteindelijk is er één reden waarom we op 1 juni aan de
vooravond van een nieuw leven staan. Sommigen noemen het een avontuur, anderen
een uitdaging.
Wij hebben geleerd en verwerkt en zien het als enige manier
om door te gaan met het leven en de zingeving. De post was afkomstig van het
ziekenhuis Oost-Limburg te Genk. En de inhoud haalt me helemaal overhoop. Auke
belt me om me de klinische mededeling te vertellen. En hoe we er mee om moeten
gaan.
De hele dag flitsen verdrongen beelden tussen de Umbrische
cypressen, voel ik dingen die ik jaren niet heb willen voelen. Komen er even
klinische emoties naar boven. Hoor ik plezant Vlaamse stemmen vragen of ge de beenkes omhoog wilt doen. En nog
steeds hoor ik het automatisme en de verveling als één van de hulpzusters me
uit de wachtkamer haalt. “Het volgende
vrouwke mag komen” Ik voelde me een koe in deze tijden, een gemanipuleerd hormonenmonster
met uiers die nooit gezoogd zouden worden. Met vele lotgenoten zaten we apathisch
te wachten tot we aan de beurt waren om onze beenkes omhoog te doen. Na zoveel
mislukte pogingen wist ik dat het einde in zicht was. En na zoveel mislukte
pogingen ben je zo goed al gynaecologisch specialist en weet je precies dat de
embryootjes de gewenste grootte niet hebben gehaald. Exit life.
Tijdens het leeghalen van ons huis op de Rijskade kwam ik ze
tegen: de A4-tjes van ziekenhuis Oost-Limburg te Genk. Per dag werden de millimeters
en de spiegels met de hand ingevuld in schema’s die met potlood en liniaal
gemaakt leken. En dit confronteerde me na jaren weer met neergaande lijn. Als
je in een opruim-mood zit, moet alles uiteindelijk weg. Zo zie ik mezelf staan
met het mapje met ‘groeiresultaten’ en is dit mapje tussen de andere oud-papier-zaken beland, die
ik met Anthon in de achtertuin heb verbrand.
Anthon is mijn neefje, 14 jaar ondertussen.
Als oudste dochter in het gezin heb ik altijd gedacht dat het
mij ten eer zou vallen om mijn lieve ouders het eerste kleinkind te geven. Ik
herinner me dat mijn broer me belde om te zeggen dat hij en zijn vriendin langs
wilden komen, omdat ze iets met ons wilden bespreken. Wetende dat het pijnlijk
zou zijn. Vanaf zijn geboorte heb ik met Anthon een bijzondere band. Ergens is
hij het kind dat niet van mij mocht zijn. We zijn allebei even erg, en daarom
verdragen we elkaar zo goed. Ik herken
alle associatieve en creatieve gedachtenlijnen in dit kind. En ik ben blij dat
hij er is. In mijn diepste dieptepunt werd hij geboren. En we worden samen volwassen.
In 2011 hadden Auke en ik de zorg over een Mexicaanse ‘pleegdochter’.
Ze woonde drie maanden bij ons op de Rijskade en onze onbekende wereld van het
ouderschap kreeg meteen een juiste plek. Marifer, met wie we nog steeds contact
hebben, noemde Auke haar vader (met haar eigen vader had ze nauwelijks contact)
en het zelfportret dat ze in Nederland maakte, hangt hier in Italië. Toen
Marifer bij ons woonde, was er bij mij een opening om visueel gestalte te geven
aan mijn verdriet. Dit resulteerde in een aantal kinderportretten, dat velen in
de ogen hebben mogen kijken. Zowel in Nederland als in het buitenland.
“Denk er over na” zegt Auke, nadat hij me over de brief uit Genk
heeft verteld.
Feitelijk hebben we niet veel te kiezen. Ik zit hier in Italië,
en hij vertrekt over een paar dagen naar de nieuwe wereld Laos. Ik kom eind
augustus naar Vientiane
Binnenkort verloopt de datum van iets wat misschien iets had
kunnen worden. Het gaat over de
ingevroren zaadjes van Auke die per 20 juni een bestemming moeten krijgen.
We hebben het erover. Er zijn drie opties.
“Auke, ik word 47. Dat heeft geen zin. Het kan niet meer. We
hebben in ons leven andere keuzes gemaakt"
De tweede optie is dat we Auke’s zaadjes beschikbaar stellen aan lotgenoten, die ook zo vurig een
kindje willen. Daartoe moeten we echter voor 20 juni persoonlijk tekenen in
Genk. Ik ben in Italië en Auke vertrekt
vrijdag naar Vientiane. Dus deze tweede optie is helaas logistiek geen optie.
Maar wat is logistiek. Mag ik er nog even over nadenken. Ik raak in de war.
Als we niets van ons laten horen, verdwijnen volgens ondergetekende
van de brief van ziekenhuis Oost-Limburg
te Genk de diepvriesjes na 20 juni.
In een bak? In een schoenendoos (zoals mijn neef Anthon
zijn overleden poezen begroef) In de gootsteen? Ik wil het niet weten. Maar we
weten het niet.
Ik hoor Auke’s twijfelende stem, als hij zegt: denk er nog
maar even over na.
Dit is een bericht dat zoveel en tegelijkertijd niets te maken heeft met ons vertrek naar Laos, maar wie het begrijpt, begrijpt het.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten